Verschillende stadia borstelworm larven uit de Westerschelde.
Omschrijving
Borstelwormen komen in veel watertypen voor. Enkele algemene borstelwormen zijn bijvoorbeeld zagers/zeeduizendpoten en de wadpieren. Veel borstelwormen die in zee leven hebben een larvenstadium dat enkele weken in het plankton leeft. Ze ontlenen hun naam aan de borstelharen die de meeste soorten hebben, ook al in het larvenstadium.
Borstelwormlarven in het vroegste stadium, de trochophoor, zien eruit als een bolletje met een ring van trilhaartjes rond de 0.1 mm groot. Al snel krijgt de larve de typische segmentering van borstelwormen en de eerste borstelharen, zoals te zien op de foto’s op deze pagina. Uiteindelijk ontwikkelt de larve steeds meer segmenten, parapodia (een soort voetjes) en een kop met ogen, kaken en voelsprieten, en vestigt zich op de bodem. Kokerwormen zoals de schelpkokerworm ontwikkelen vaak al in het vrijzwemmende larvenstadium een klein kokertje.
Verschillende borstelwormsoorten kunnen vele verschillende manieren van voortplanting hebben. Bijzonder is het zogenaamde epitoke stadium dat sommige soorten hebben. Een epitoke is een vrijzwemmend voortplantings stadium van een bodembewonende worm. Het bizarre is dat sommige soorten wormen zichzelf kunnen opsplitsen in meerdere losse epitoke wormen. De epitokes zijn eigenlijk niets meer dan een zwemmende zak vol eieren of zaadcellen met twee grote ogen. Hieronder beelden van een epitoke van Myrianida, waarin de eitjes duidelijk te zien zijn.
Het voorkomen van wormenlarven in het water is sterk seizoensgebonden. De wormen van één soort planten zich allemaal rond hetzelfde tijdstip voort. In het voorjaar, wanneer er veel voedsel in het water aanwezig is, kan het merendeel van het zoöplankon in de Waddenzee uit wormenlarven bestaan.
Een epitoke (voortplantingsstadium) van een Myrianida borstelworm.
Een trochofoor, het eerste larvenstadium van een borstelworm, uit het Noordzeekanaal.
Een borstelworm larve uit de Westerschelde (metatrochofoor stadium).
Een borstelwormlarve bijna klaar om zich op de bodem te vestigen, waarschijnlijk van een Polydora soort. Uit de Westerschelde.
Een kokerworm larve gevangen in de Noordzee, nog zwevend in het plankton maar met al wel een ontwikkelde koker.